Hier voor je ligt de korte kraakhandleiding van de gezamenlijke kraakspreekuren van Amsterdam. Een kraakspreekuur (KSU) kan je geen pasklare oplossing bieden voor jouw huisvestingsprobleem. Veel zaken zal je zelf moeten uitzoeken, hierbij kan je echter wel een aantal zeer leerzame ervaringen opdoen.

De mensen die bij het KSU werken zullen proberen je te helpen met nuttige aanwijzingen en tips. Voordat je een woning kunt kraken moet je meer te weten zien te komen over de woning. Over hoe je dat precies doet kan deze handleiding je meer duidelijkheid verschaffen.

 WAT VOOR RUIMTE ZOEK JE?

Een van de eerste dingen die je moet bepalen voordat je met kraken begint, is wat voor soort ruimte jij of je groep zoekt. Een kleine etage om alleen te wonen of een groot pand waar een groep mensen kan wonen en werken. Voor grote panden kun je het beste terecht in het centrum of de Vondelpark-Concertgebouw-buurt (VPC). Voor woonetages kun je terecht in de Schinkelbuurt, de Rivierenbuurt, West, Oost of De Pijp. Zie voor adressen van verschillende kraakspreekuren de adressenlijst

Woningen in Amsterdam zijn verdeeld in verschillende sectoren:

De sociale sector;
Dit zijn alle woningen met een huur tussen de ƒ150,- en de ƒ1085,-, welke in het bezit zijn van woningbouwcorporaties. De verschillende corporaties in Amsterdam zijn verdeeld over drie clusters, waarbinnen je als woningzoekende kan worden ingeschreven.

De particuliere sector;
Dit zijn alle woningen met een huur tussen de ƒ150,- en de ƒ1085,-, die in het bezit zijn van particuliere eigenaren.

De vrije sector;
Dit zijn alle woningen met een huur die ligt boven de ƒ1085,-.

Voor de sociale en de particuliere sector geldt dat alleen een huurcontract kan worden afgesloten wanneer er een huisvestingsvergunning is afgegeven. Deze wordt afgegeven door de Stedelijke woningdienst (SWD) zie verder HUISVESTINGSVERGUNNING. Van de particuliere markt wordt zo'n 33% geclaimd door de SWD voor voorrangskandidaten (dit zijn woningzoekenden die wegens sociale of medische redenen voorrang krijgen bij de toewijzing van een woning). De rest van de particuliere en de sociale sector is voor starters (woningzoekenden die geen lege woning in Amsterdam achterlaten) en doorstromers (woningzoekenden die wel een lege woning in Amsterdam achterlaten). Voor krakers is vooral de particuliere sector die niet geclaimd is door de SWD van belang.

 HOE LANG STAAT IETS LEEG?

Er zijn verschillende manieren om erachter te komen hoe lang iets leeg staat. Stel in eerste instantie vast of iets leeg staat!!! Controleer regelmatig of er niets gebeurt in de woning. Kijk in de brievenbus. Een luciferhoutje tussen een deur en een deurpost valt naar beneden als de deur geopend wordt, een goede methode om te checken of er soms iemand de woning betreedt.

Voor de duur van de leegstand kun je navraag doen bij de buren. Je weet echter nooit zeker of deze informatie betrouwbaar is en of de buren jou goedgezind zijn.

Een zekerder manier is de afdeling informatie van de SWD opbellen. Particuliere eigenaren zijn verplicht om het leegkomen van de woningen in hun bezit, welke binnen de particuliere sector vallen, te melden aan de SWD. De datum die de SWD geeft ligt meestal twee weken na het daadwerkelijke leegkomen van de woning, maar het verschil kan veel groter zijn. Het kan dus geen kwaad om deze informatie te vergelijken met die van de buren. Ook het KSU kan informatie hebben over de duur van de leegstand.

Volgens de wet dient een woning één jaar leeg te staan voordat je deze mag kraken. Om meer precies te zijn; een woning mag niet wederrechtelijk worden betreden wanneer deze korter dan een jaar geleden nog in gebruik was. Sommige KSU's hanteren een kortere termijn vanwege onvrede met deze wet en / of omdat er zelden op grond van dit wetsartikel wordt ontruimd in bepaalde buurten. Woningen en panden die langer dan één jaar leeg staan zijn in principe kraakbaar.

Voor woningen van woningbouwcorporaties en dure woningen (boven de ƒ1085,-) geldt de leegmeldingsplicht niet. Hier heeft de SWD geen gegevens over. Dit betekent dat je geheel op eigen waarneming en informatie van buren en / of het KSU af moet gaan. Dit geldt helemaal voor grote te kraken objecten. Deze staan bijna nooit als woonruimte geregistreerd. Voor bedrijfsruimte geldt helemaal geen leegmeldingsplicht.

 HUISVESTINGSVERGUNNING

Bij de SWD is nog een ander belangrijk gegeven te achterhalen, namelijk of er een huisvestingsvergunning is afgegeven voor de betreffende woning en wanneer dat zo is, op welke datum deze is afgegeven. Wanneer er geen huisvestingsvergunning is afgegeven, betekent dit dat niemand officieel toestemming heeft om de woning te bewonen. De datum is belangrijk, want als de vergunning bijvoorbeeld 20 jaar geleden is afgegeven en de woning nu leeg is, dan kan dit betekenen dat de vorige bewoner daar zo'n 20 jaar gewoond heeft en nu is vertrokken. Wanneer kort geleden een vergunning is afgegevendan zal de woning waarschijnlijk snel bewoond zijn. Woningen waarop een recente huisvestingsvergunning rust kun je maar beter niet kraken. Je ligt er binnen de kortste keren weer uit en bovendien is het heel vervelend voor degene die de vergunning heeft gekregen.

Voor woningen boven de ƒ1085,- en voor bedrijfsruimte is geen huisvestingsvergunning nodig. Hierover kun je dus geen informatie krijgen bij de SWD.

Voor het contact met de SWD is het handig, wanneer je meerdere woningen uitzoekt, om meteen de hele lijst te geven. Je komt dan serieuzer over, dan wanneer je steeds belt met een andere woning. Vriendelijk blijven en veel vragen werkt in je voordeel. Uiteraard vertel je niet aan de telefonist(e) dat je van plan bent een woning te gaan kraken.

 TOEWIJZING

De Woningbouwcorporaties wijzen hun woningen toe aan woningzoekenden binnen hun eigen cluster. Voorrangskandidaten worden door de SWD bij een cluster ondergebracht waarna zij voorrang krijgen boven starters en doorstromers. Wanneer je gelegaliseerd wilt worden op een woning van één van de drie clusters, dan is het handig om je bij een corporatie in te schrijven die in deze cluster zit (uiteraard niet op je gekraakte adres). Wanneer dan het argument van de corporatie komt dat zij de woning aan een van hun leden willen toewijzen, dan kan jij naar voren brengen dat jij een van die leden bent.

Voor de particuliere sector kan je bij de SWD uitvissen of de woning een "claimwoning" of een "keuzewoning" is. Bij een claimwoning bepaalt de SWD wie er van hun lijst voorrangskandidaten in de woning mag gaan wonen. Bij een keuzewoning bepalen eigenaar en huurder zelf of zij met elkaar in zee gaan of niet. De eigenaar moet de huurder wel voordragen bij de SWD. Deze bepaalt vervolgens of de voorgedragen huurder in aanmerking komt voor een huisvestingsvergunning.

Voor eventuele legalisatie is het eenvoudiger wanneer je een keuzewoning gekraakt hebt. Het is over het algemeen makkelijker om een eigenaar te overtuigen dat hij / zij jou moet voordragen, dan de SWD ervan overtuigen dat jij degene bent die op die woning mag wonen, vooral wanneer je geen voorrangskandidaat bent. Bij een voordracht van de eigenaar van jou op de woning dien je wel voor een huisvestingsvergunning in aanmerking te komen anders heeft het geen zin.

 GROOTTE VAN DE WONING

Dit is ook informatie die je bij de buren kunt halen. Wanneer zij tenminste een beetje spraakzaam zijn. Zij kunnen je dan vaak vertellen hoe groot de woning is en hoeveel kamers deze bevat. Voor meer precieze informatie moet je naar de woningcartotheek. Deze is gevestigd bij het gemeentekadaster zie adressenlijst . Tegen vergoeding kun je hier de bouwtekeningen van de woning inzien of kopieren.

 HUURPRIJS

Het is raadzaam om voor verder uitzoekwerk een indicatie te hebben van de huurprijs. Vooral of deze boven of onder de ƒ1085,- ligt. Dit om te bepalen in welke sector de woning valt. De buren, mits spraakzaam, blijven een goede informatiebron, maar tevens is het mogelijk gedetailleerd onderzoek te doen. Soms wil de afdeling informatie van de SWD wel iets loslaten over de hoogte van de huur. Bij de huuradviescommissie kun je informatie krijgen over de huurprijs van de woning. Voor huurwoningen geldt een maximaal redelijke en een minimaal redelijke huur. Deze wordt gebasseerd op een puntenstelsel. Bij het wijkcentrum in je buurt hebben ze deze puntentelling op papier. Hiermee kun je zelf redelijkerwijs bepalen wat de hoogte van je huur zou mogen zijn. De eigenaar kan natuurlijk een veel hogere huur vragen. Alleen bij huren onder de ƒ1085,- heb je te maken met de SWD en een huisvestingsvergunning. Wanneer de huur meer bedraagt heb je te maken met de eigenaar en diens makelaar. Hou er rekening mee dat eigenaren wel eens te veel huur vragen Het kan dus zijn dat de eigenaar beweert dat de huur hoger is dan ƒ1085,-, maar dat de puntentelling in de woning onder dit bedrag uitkomt.


terug